Deze website geeft een overzicht vanaf het beginstadium van het Haarlemmermeer - Bollenstreek projekt en volgt nieuwe ontwikkelingen, standpunten, beslissingen en voorstellen op de voet. De informatie beperkt zich voorlopig tot de Westflank.
Lees meer..

Zie de berichten Westflank.

donderdag 23 augustus 2007

Wethouder Bezuijen over zijn Procesopzet.

Toelichting door Wethouder Bezuijen op vragen uit de Raad over de Procesopzet Gebiedsontwikkeling. (juli 2007)

Begin citaat. (in eerste termijn).

Dank aan alle partijen voor de steun die wordt geuit voor de manier waarop dit is opgesteld en is aangepakt. U heeft daarin in de voorfase ook al een rol mogen vervullen omdat we u informeel hebben geconsulteerd over de vraag hoe u tegen een aantal zaken aankijkt. Ik denk dat het niet heel verrassend is geweest wat u nu heeft mogen teruglezen.
Een aantal zaken was met u al gedeeld, maar goed, het moet nu ook het formele traject in.

Er is een aantal vragen gesteld over het proces en het traject en hoe we daarmee verder omgaan. Een belangrijk punt voor meerdere partijen is natuurlijk toch de betrokkenheid van Zuid-Holland. Laten we één ding vooropstellen: zij is betrokken, dat is landelijk.
Zij trekt ook een onderdeel: de infrastructuur.
Dat is overigens niet onbelangrijk. Dus zij is betrokken. Ben ik daarmee tevreden? Nee, ik ben daarmee niet tevreden. Ik zou graag zien dat zij daarin meer betrokkenheid zou tonen. Alleen: ik kan het niet afdwingen.


Ik kan andere gemeenten of provincies niet dwingen mee te gaan doen aan dit traject. Dan kun je twee dingen doen. Je kunt wachten totdat zij ook zo ver zijn, dan gaan we het allemaal een beetje vertragen. Of je kunt zeggen dat je doorgaat, want voor ons is het wel van belang dat daar een aantal stappen in wordt genomen, ook richting provincie en rijk.
Onze eigen provincie is een andere provincie dan die van de buurgemeenten, de Bollenstreek en de Ringvaart. We hebben daar gewoon met elkaar een aantal afspraken liggen. Dat is de reden dat we op verschillende snelheden – ik zal het zo maar formuleren – toch op die manier doorzetten.


Maar houd me ten goede: we proberen nog steeds richting Zuid-Holland heel nadrukkelijk aan te geven mee te doen. Ik hoop dat als we de Studio doorzetten, zij automatisch aanhaakt en meedenkt over datgene wat hier speelt. Zuid-Holland is dus niet helemaal afwezig. Er staat een stukje in het stuk over Zuid-Holland dat die er niet bij aanwezig is. Zuid-Holland is wel degelijk vertegenwoordigd, maar het zou beter zijn als die vertegenwoordiging wat zwaarder was in het geheel. Dat is tot op dit moment nog niet het geval. We proberen er wel van alles aan te doen om dat daadwerkelijk mogelijk te maken.

De reden dat we Studio Haarlemmermeer opzetten, is juist om te zorgen voor een heleboel ontwikkelingen die in de polder plaatsvinden. Dat is een proces geweest dat we langzamerhand hebben laten ontstaan. Het begon met een gebiedsuitwerking. Uiteindelijk hebben we gezegd dat de Studio een veel betere functie zou moeten krijgen.
Als je kijkt naar de grootschalige ontwikkelingen die we op dit moment in de polder hebben – ik verwijs maar naar Badhoevedorp, Werkstad A4, glastuinbouw Rijsenhout, Park van de 21e eeuw en de gebiedsuitwerking – dan moet je je zo langzamerhand de vraag stellen hoe dit soort dingen zich tot elkaar gaat verhouden. De heer De Nooijer zei al terecht dat het niet alleen formuleren is, we moeten ook laten zien wat de verhouding is tussen een aantal van die ontwikkelingen.
Daarvoor is de Studio ook uiteindelijk bedoeld. Daar komt ook dat ontwikkelingsbeeld vandaan, om juist die ontwikkelingen bij elkaar te zetten. Tegelijkertijd maakt dat het weer ingewikkeld, omdat we zijn begonnen met een gebiedsuitwerking aan de zuidwestkant.

Daarbij zijn alle partijen betrokken en we zitten nu midden in de discussie over de vraag of die brede aanpak die we voorstaan ook door alle partijen wordt gedeeld. Het grappige vind ik zelf dat de marktpartijen in die zin heel enthousiast zijn. Misschien is dat ook wel logisch omdat zij daarbij belang hebben.
Ik ben wel met u eens dat we heel nadrukkelijk die rol van de marktpartijen moeten definiëren. U ziet ook bij de aanpak die we hebben voorgesteld dat de marktpartijen niet in de stuurgroep zitten. We hebben daar bewust voor gekozen.

Zij zitten in de programmaraad, om er juist voor te zorgen die verantwoordelijkheden goed te scheiden. Het publieke belang moet daarin de boventoon voeren. Wij moeten als publieke partij aangeven welke richting het op moet, alleen vinden we het wel prettig als private partijen daarin ook een rol gaan vervullen. Dat zijn overigens niet alleen marktpartijen die daar grond in bezit hebben. Daar zit bijvoorbeeld ook een partij als Schinkels bij die heeft gezegd het zo interessant te vinden dat die daaraan ook wil meedoen en wil bijdragen, zowel in geld als in personeel. Dat betekent dat je met een heleboel partijen die een groot belang hebben op je grondgebied, maar ook een belangrijke stem hebben, daaraan die invulling kunt meegeven.

Dan even terug naar hoever de besluitvorming nu is. Die is niet ver. We zitten nog in de fase van startovereenkomst naar bestuursovereenkomst. We hebben een startovereenkomst gesloten waarin we hebben afgesproken een bestuursovereenkomst te sluiten, met heel nadrukkelijk daarin de afspraken wie wat gaat betalen, welke projecten daaruit voortvloeien, hoe dat er allemaal uit komt te zien, et cetera.
Daar zit een vrij grote tijdsdruk op, ik ben benieuwd of we dat allemaal gaan redden.
Het is de bedoeling dat we daarover eind van dit jaar een beslissing nemen. Wat dat betreft klopt dat met de startovereenkomst en de beslisovereenkomst in die zin.

De VVD heeft een vraag gesteld betreffende de samenwerking met provincie en rijk. Laat ik vooropstellen dat de samenwerking met de provincie Noord-Holland prima verloopt. We zitten wat dat betreft grotendeels op een lijn. Moeizamer verloopt de samenwerking met het rijk op dit moment. Dat heeft ook te maken met hetgeen ik net heb gezegd: dat het rijk zich met name toch wil beperken tot het gebied zuidwest van Haarlemmermeer.
Wij hebben een iets bredere insteek en daarover hebben we discussie met het rijk. Ik hoop dat we daarover tot afspraken kunnen komen. Mocht dat niet lukken, dan zullen we moeten kijken hoe dat verder gaat lopen. Het is natuurlijk wel een essentiële randvoorwaarde, in ieder geval voor Haarlemmermeer, om verder te gaan.

Niet alleen proberen we een goede invulling aan het gebied te geven, maar ook hebben we hiermee een deel van de taakstelling betreffende de woningbouw in de Noordvleugel op ons genomen. Ik denk dat dat een belangrijk element is, ook in de discussie met het rijk. Dat wat betreft de samenwerking met provincie en rijk.


De vragen van GroenLinks over de financiering en de verdeelsleutel. Hierover is ook door de heer Heimerikx een vraag gesteld. Hoe moet u dat lezen? U weet dat we vorig jaar in de begroting geld hebben gevraagd om hiermee te beginnen. Daarmee zijn we aan de slag gegaan en daar zijn kosten voor gemaakt. Ik zeg eerlijk dat er nog geld over is. Wat wij hebben voorgesteld – omdat we nog niet uit de hechte programma-aanpak en de begroting voor het geheel zijn – is dat we die middelen die we over hebben willen gaan inzetten om straks een deel van de Studio te kunnen betalen, mits – dat zeg ik er vervolgens bij – wij er ook met zijn allen uitkomen en alle partijen daaraan gaan bijdragen.

Dus dat hele financieringsvoorstel van dit verhaal komt bij u terug. Daarvoor gaan we nog een keurig en ordentelijk raadsvoorstel maken. Nu vragen we toestemming van u om met deze aanpak door te gaan en straks met het financieringsvoorstel te komen. U heeft zich wat dat betreft – als ik het even zo mag zeggen en dat is niet vervelend bedoeld – niet gecommitteerd aan het feit dat als wij dit geld nu inzetten we het kwijt zijn op het moment dat iedereen zegt: u heeft het al betaald en nu hoeven we niet meer mee te doen. Dit is even een beetje gechargeerd gezegd. Het voorstel moet zeker nog terugkomen.
Dat geldt ook voor de uitwerking van de begroting van de Studio. Ik vind dat we iets meer moeten laten zien van wat we daar precies gaan doen.

Het idee is dat we op allerlei manieren – ofwel door lezen, ofwel door formuleren van plaatjes, beelden, maquettes, et cetera – gaan laten zien waarmee we bezig zijn. Dat kunnen marktpartijen zijn, dat kunnen overheidspartijen zijn, of heel andere partijen die daar iets willen. Wat mij betreft is het een vrij breed ingestoken proces dat uiteindelijk moet leiden
tot een totaalbeeld, een ontwikkelingsbeeld, dat volgens mij – en dat is altijd mijn insteek geweest – de grondlegger moet zijn voor de te maken structuurvisies die we in de nieuwe wet ruimtelijke ordening ( in werking per 01-07-2008 redactie) verplicht zijn te maken.

Dan over de rol van Haarlemmermeer, de regie.
We zitten er op dit moment heel duidelijk in. Op dit moment is de stuurgroep actief.
De voorzitter daarvan is de provincie, in de persoon van gedeputeerde Hooijmeijers.

Een klein zijstapje: u heeft het urgentieprogramma ( van het Kabinet; redactie) gezien. Een van de projecten ( kandidaat projecten; redactie) in het urgentieprogramma is het project Haarlemmermeer. Op dit moment zijn we in gesprek over hoe dat handen en voeten zou moeten krijgen.


Hoe verhoudt zich dat project tot datgene waarmee we hier bezig zijn? Dat is iets waarover we nog maar net in gesprek zijn. Het idee is dat er voor de verschillende projecten in het urgentieprogramma bestuurlijke duo’s worden samengesteld. Dat wil zeggen dat er iemand vanuit het rijk, een minister, wordt aangewezen en iemand vanuit de regio die daarin de twee contractpartijen zijn en af- spraken moeten maken. Hoe de exacte invulling zal zijn, is mij ook nog niet bekend, daarover zijn we nog in gesprek. Hoe zich dat tot dit proces vertaalt, moeten we ook nog bekijken. Ik ga ervan uit dat wij als Haarlemmermeer daarin heel nadrukkelijk onze rol gaan vervullen.

De kennis en kunde van buitenaf. Wat u hier ziet liggen, is een enorme opgave die volgens mij niet te behappen is zonder dat je daarvoor expertise van buitenaf regelt. Ik durf wel te zeggen dat het bestuurlijk en ambtelijk opdrachtgeverschap die kennis en expertise wel bezit en ik er wel vertrouwen in heb dat zij in ieder geval in staat zijn het proces op een goede manier te blijven sturen. Dat neemt niet weg dat het een ingewikkelde opgave is waarop we de komende tijd ook onze aandacht zouden moeten richten.

Einde citaat (in eerste termijn)

Begin citaat in (in tweede termijn).

Voorzitter, het grootste deel van de reacties in tweede termijn ging over de rol van Zuid-Holland en de Zuid-Hollandse gemeenten. Ik ben het overigens met de heer De Baat wel eens dat we ons niet al te veel moeten ophangen aan hetgeen er aan de andere kant van de Ring- vaart gebeurt. Ik vind dat we ook onze eigen positie daarin heel nadrukkelijk moeten bepalen. Dat hebben we ook getracht door deze procesopzet.


Dat neemt niet weg – dat zeg ik er meteen bij om de zaak in evenwicht te brengen – dat we niet moeten streven naar een heel nauwe betrokkenheid van Zuid-Holland.
Ik stel twee sporen voor. We hebben deze maand nog een stuurgroep. Ik zal dit signaal daar nog een keer nadrukkelijk aan de orde stellen. Het moet niet al te krampachtig worden: Zuid-Holland is ambtelijk vertegenwoordigd en het rijk is ook ambtelijk vertegenwoordigd. Dat is een reden. Het tweede is dat de gedeputeerde van Noord-Holland natuurlijk wel contact heeft met zijn collega uit Zuid-Holland. Die zien elkaar regelmatig. Ik weet dat hij daarover natuurlijk wel spreekt, dat staat niet helemaal los van elkaar. Als je erin zit doe je ook mee.

We hebben niet voor niets Zuid-Holland gevraagd de verkeersstudie te trekken. Wij zijn van mening dat het voor Zuid-Holland een buitengewoon belangrijk onderwerp is, gezien de ontwikkelingen waarin we nu zitten in de zuidwestkant. Dan kom je natuurlijk ook op de financiering. Ik zal u vertellen dat we over geen enkel onderwerp nog een afspraak hebben gemaakt, noch over de woningen, noch over groen en recreatie, noch over de infrastructuur, noch over voorzieningen. Wat dat betreft staan we aan het begin van het proces. Dat moet juist ook de uitkomst zijn van datgene wat we straks in de bestuursovereenkomst krijgen.
Wat mij betreft staan we op dat punt nog helemaal op nul. We hebben daarover nog helemaal geen afspraken gemaakt.

Even naar de heer Hekstra: met de Studio zijn we nog niet begonnen. Het klopt wel dat er 1 juni jl. staat, we hadden gehoopt eerder tot besluitvorming te komen over de financiering van de Studio. Dat is niet gelukt.
Wat mij betreft, nogmaals: Zuid-Holland moet erbij betrokken raken en we gaan er alles aan doen om dat voor elkaar te krijgen. Ik vind en blijf van mening dat wij als Haarlemmermeer onze eigen lijn daarin moeten trekken, omdat we ook afspraken met het rijk hebben. Ik zeg u er ook bij dat het rijk ook heel makkelijk kan roepen dat als het uiteindelijk niet lukt, we het helemaal niet meer doen. Gechargeerd gezegd zou dat ook een lijn kunnen zijn. Ik heb mezelf vrij sterk gemaakt voor het feit dat Haarlemmermeer juist wel op die kaart staat. Vandaar dat we ook wat prominenter in het urgentieprogramma Randstad staan, zodat je ook daad-
werkelijk afspraken kunt maken over financiering.

Leefbaar Haarlemmermeer [HAP] had nog iets gezegd over de communicatie met het rijk. De communicatie met het rijk verloopt op zichzelf prima, we zijn het alleen niet helemaal met elkaar eens. Een klein nuanceverschil, maar niet helmaal onbelangrijk. Het gaat om de vraag hoe we daar inzitten. Ik heb u net al gezegd dat het rijk van mening is dat wij het allemaal te breed opzetten. Wij zijn van mening dat dat zo hoort omdat het een aantal dingen bij elkaar brengt. Daarover zijn we met elkaar in gesprek en daar zijn we nog niet uit. Ik hoop dat we daar wel uitkomen.

Het verwachtingspatroon van de marktpartijen. Wij hebben op dit moment alleen de marktpartijen gevraagd of zij bereid zijn mee te doen aan Studio Haarlemmermeer. Daarop hebben de marktpartijen "ja" gezegd, dat vinden ze een goed idee. Daarmee zijn we blij.
Nu zitten we in de fase: u gaat meedoen in de programmaraad en welke rol gaat u daarin krijgen, hoe gaan we dat met elkaar organiseren? Wat kunt u van ons verwachten en wat verwachten we van u?
Wat dat betreft is het ook een beetje een leerproces, dat is wel weer aardig. Tot op heden hebben we het volgens mij nog nooit zo gedaan.

Einde citaat (in tweede termijn).

woensdag 22 augustus 2007

200 vragen over waterberging.

Verwacht wordt dat klimaatveranderingen in Nederland zullen leiden tot grote veranderingen in de waterhuishouding. Hierop is het huidige afvoersysteem niet berekend. De commissie Waterbeheer 21e eeuw heeft de consequenties hiervan doorgerekend en komt tot de conclusie dat een ander type waterbeheer dringend gewenst is om grote economische schade te voorkomen.
De belangrijkste aanbevelingen van deze commissie zijn: eerst water vasthouden, dan bergen en daarna pas afvoeren. De consequentie hiervan is dat er gebieden nodig zijn waar tijdelijk water kan worden ‘geparkeerd' . Ze moeten onverwachte overstromingen elders te voorkomen.
Door waterbeheerders van het regionale watersysteem en grondgebruikers is de vraag gesteld wat de mogelijke effecten zijn van waterberging op de grondgebruiksfuncties van een gebied: wat zijn effecten voor landbouwgronden, en welke effecten kun je verwachten in natuurgebieden?

dinsdag 21 augustus 2007

Wat zijn piekberging en seizoensberging?

Wat is piekberging?

Piekberging is nodig om wateroverlast te voorkomen en de veiligheid van de mens en dier te kunnen garanderen. Bij piekberging gaat het om een tijdelijke situatie.
Daarbij wordt er bij extreme regenval, wat eens in de 5 tot 25 jaar voorkomt, boezemwater ingelaten in een daarvoor ingerichte polder. Het doel is te hoge waterstanden in de boezem te vermijden. Dit kan namelijk leiden tot wateroverlast en in extreme situatie tot kadebreuk.
Binnen enkele dagen, als het waterpeil in de boezem is gezakt tot een normaal niveau, kan het water weer uit de polder worden teruggepompt naar de boezem. Een diepe polder of droogmakerij, met weinig bebouwing en zonder kwetsbare functies kan geschikt zijn voor piekberging. In zo´n (deel van een) polder worden kades aangelegd en andere voorzieningen getroffen om te voorkomen dat er schade optreedt door het inlaten van water.

Wat is seizoensberging?

In de winter valt meer regen dan er water verdampt. Normaal wordt dit water weggepompt. Bij seizoensberging wordt het schone regenwater bewaard, zodat het in de zomer gebruikt kan worden in het gebied zelf of in omliggende gebieden. De waterstand zal aan het eind van de zomer laag staan en aan het eind van de winter hoog.

Seizoensberging is nodig om het watertekort in droge zomers op te vangen. Het in de winter in een polder opgevangen water met een goede kwaliteit, kan gebruikt worden om het watertekort tegen te gaan. Het gaat daarbij om een permanente waterplas met een wisselend peil waarin het water geborgen wordt.